De sleutel van de zeventiende etappe lag - hoewel hij het zelf direct na afloop niet besefte - misschien wel in handen van Mikkel Bjerg, de superknecht van Tadej Pogacar bij UAE-Team Emirates. De Deen zorgde er eigenhandig voor dat het peloton aan stukken werd gereden op de voorlaatste klim. 'Dat was wel een mooi gevoel', gaf hij toe.
Het zag er lang niet naar uit dat Bjerg überhaupt werk kon doen, aangezien hij het al rap in de rit moeilijk kreeg. 'Het ging ontzettend hard op de eerste beklimming na een zwaar eerste wedstrijduur', verklaarde hij na afloop voor de camera van Eurosport. 'Ik had het ontzettend moeilijk, maar kon op mijn eigen tempo terugkeren.'
'Op twee kilometer van de top van de Aspin kwam ik bij Tadej. Hij vertelde me: nu starten we met rijden, want met alleen Brandon McNulty was het moeilijk geweest', gaat hij verder. 'Tadej wilde voor de zege gaan en ik heb zo lang gereden als dat ik kon, en daarna was het aan Brandon. Toen ik terugzakte zag ik dat er al veel grote namen aan het lossen waren, dat was wel een mooi gevoel', aldus de trotse helper.
Bjerg legt uit waarom Pogacar zo graag wilde winnen in Peyragudes. 'Vanochtend hadden we aan tafel nog een debat met Rafal Majka, die graag wilde starten', doelt Bjerg op zijn ploegmaat die uitviel met een scheur in zijn dijbeenspier na een incident op woensdag. 'Het is een grote teleurstelling dat we hem kwijt zijn.'
'Tadej zei: we rijden voor Rafa', vervolgt Bjerg het verhaal. 'Hij had last van wat covid gedurende de race, waardoor hij de hele koers geïsoleerd heeft doorgebracht. Rafa heeft twee weken alleen op zijn kamer gezeten, maar toen hij eindelijk weer terug was, moest hij direct naar huis. Dat is spijtig.'
Lees het artikel op de mobiele website