Chris Froome kan niet wachten om aan zijn seizoen te beginnen. De Brit kende in 2020 nog veel weerslag van zijn val in de Dauphiné van 2019, maar hij lijkt nu écht klaar om weer competitief te zijn. Dat vertelt hij in gesprek met Redbull.
Froome, die in 2019 hard tegen een muur crashte in de verkenning van een Dauphiné-tijdrit, reed vorig seizoen de Vuelta a España. Hij was er echter nog lang niet de oude. Froome loste dagelijks vroeg en zag enorm af, zo bleek achteraf. Na zijn overstap van INEOS Grenadiers naar Israel Start-Up Nation traint hij in Californië buiten de spotlights heel hard. Op 21 februari maakt hij zijn debuut voor zijn nieuwe team in de UAE Tour.
'Ik kan eindelijk zeggen dat ik erop vertrouw dat het herstelproces achter mij ligt', zo vertelt Froome tevreden. 'Mijn rechterbeen zal altijd een zwakke plek blijven en daar zal ik tot het einde van mijn carrière aan moeten werken. Maar als ik naar de cijfers op de fiets kijk, ben ik weer terug op mijn niveau van voor de crash, als het gaat om de rechts-links-balans. Misschien is het zelfs nog iets beter. Dat is heel erg bemoedigend.'
Voor Froome is het nu belangrijk om wedstrijdkilometers te maken. 'Ik heb het gevoel dat ik de best mogelijke plek ben, zo aan de start van het seizoen. Ik heb nog veel werk te doen als het gaat om wedstrijdfitness, maar ik sta er heel goed voor', vervolgt de viervoudig Tourwinnaar, die met deze positieve signalen weer serieus kan dromen van een vijfde Tourzege. 'Ik ben zo dichtbij het record, ik kan nu niet ineens stoppen met dromen, zonder er nog eens echt voor te gaan. Er heerst een trend dat als je een dertiger bent, je op de weg terug bent, maar met betere voeding, training en verzorging wil ik bewijzen dat het ook op 36-jarige leeftijd nog kan.'
Lees het artikel op de mobiele website