Julian Alaphilippe eindigde woensdag als tweede tijdens de vierde etappe van de Tour of Britain. De Fransman van Deceuninck-Quick-Step leek op winst af te stevenen, maar zag Wout van Aert in de slotmeters langs hem snellen. Ploegleider Geert Van Bondt gaf na afloop toe dat er één sterker was.
De 29-jarige Alaphilippe leek samen met Michael Woods over de sterkste benen te beschikken op de steile slotklim. Met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,4 procent, moesten de renners 1,9 kilometer overleven. Het zwaartepunt zat hem in het eerste deel, waar Alaphilippe en Woods heel even loskwamen van Van Aert. De Belg haakte op het wat vlakkere stuk snel weer zijn wagonnetje aan, waarna Van Aert en de Fransman bergop voor de ritwinst gingen sprinten. Alaphilippe zette als eerst aan, maar in de laatste meters kwam Van Aert er toch nog overheen.
Van Bondt, de ploegleider van Alaphilippe, bleef na afloop van de etappe strijdbaar, zo gaf hij op de eigen ploegsite aan. 'We deden wat we moesten doen, zoals we dat voor de start hadden besproken. We controleerden de race, bleven oplettend en kozen op het juiste moment de aanval, maar uiteindelijk was een andere man sterker.' Dat bleek Van Aert, die in het algemeen klassement nu een voorsprong van twee seconden verdedigt op Ethan Hayter en elf seconden op Alaphilippe.
Lees het artikel op de mobiele website