Thomas denkt dat Roglic en Pogacar te verslaan zijn en wil misschien meedoen in klassiekers

| door Tom van der Salm

Geraint Thomas kan niet bepaald terug kijken op een florissant 2021. De Welshman kwam op cruciale momenten enkele malen ten val en kon op die manier zijn volledige potentieel niet benutten. Hij houdt de goede moed er echter in voor 2022.

Rouleur sprak uitgebreid met de ervaren renner van INEOS Grenadiers, Tourwinnaar in 2018. 'Ik begon 2021 nochtans goed, het was één van mijn beste seizoensstarts ooit', blikt hij terug op onder meer zijn eindoverwinning in de Ronde van Romandië en derde plek in het Critérium du Dauphiné. 'In de Tour de France ging het op dag drie al mis met die val, en ook op de Olympische Spelen werd ik opgehouden door een val. Maar dat is wielrennen zoals we het kennen.'

Ondertussen gingen Tadej Pogacar en Primoz Roglic er net als in 2020 met de zege in de Tour en Vuelta vandoor. Thomas vindt niet dat hij al volledig voorbijgestreefd is door de twee. 'Ze zijn zeker te verslaan. Pogacar en Roglic zijn de benchmark nu en hun teams evolueren mee. Die maatstaf en competitie motiveert ook de concurrentie om er voor te blijven gaan.'

Thomas in klassiekers? 'Zou het niet erg vinden om weer eens wat anders te proberen'

Thomas mag dan uitgegroeid zijn tot een volwaardig klassementsrenner, de Brit reed in 2014 nog top tien in Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen en won in 2015 de E3 Prijs. Zien we hem in 2021 terug op de kasseien? 'Ik zou het niet erg vinden om weer eens wat anders te proberen, temeer omdat ik stilaan bij de laatste jaren van mijn loopbaan ben aanbeland. Ik wil vooral plezier maken en zoveel wedstrijden rijden als ik kan. Daarvoor ben ik afhankelijk van de parcoursen van de grote rondes, maar er zijn veel opties.'

Lees ook

Lees het artikel op de mobiele website

Net binnen

Bekijk meer artikelen