Er is al veel gezegd en geschreven over het plan dat Jumbo-Visma al ver voor de Tour de France maakte om Tadej Pogacar te breken. In de elfde etappe op 13 juli bracht de Nederlandse ploeg het plan in werking en dankzij geweldig ploegenspel kon Jonas Vingegaard een vermoeide Pogacar kraken op de slotklim. In gesprek met de NOS kijkt sportief directeur Merijn Zeeman nog eens in detail terug op de geslaagde move.
Want dat Vingegaard op de Col du Granon eigenlijk de Tour won, dat was slechts één scenario dat Jumbo-Visma vooraf had uitgedokterd. Zeeman vergaderde veel met de staf, hij liet mensen beelden bekijken en analyseren én hij sprak met mensen buiten de wielersport. Erik ten Hag - toen nog in dienst als voetbaltrainer van Ajax, nu coach van Manchester United - was er één van.
'Daar heb ik heel veel aan gehad', zegt Zeeman nu. 'Iemand uit een hele andere sport, maar ik wilde van hem begrijpen: hoe kom jij tot tactiek? Wat is voor jou de essentie van jouw sport? Voordat jij een wedstrijdplan maakt, wat zit daar dan achter? Daar heb ik een aantal keer met hem over mogen spreken.'
Uiteindelijk rolden er na alle gesprekken, analyses en data in de winter meerdere scenario's uit. Die moesten dan weer in hapklare brokken worden toegepast op de ploeg. 'Want met geweldige talenten als Wout van Aert, Primoz Roglic, Jonas Vingegaard en Steven Kruijswijk in je team kún je ook verschillende tactieken bedenken', aldus Zeeman.
Door al het onderzoek voor de Tour wist men waar Pogacar te kraken was en in die schitterende elfde Touretappe viel alles op z'n plaats. Pogacar werd opgerookt door een golf van aanvallen richting en op de laatste drie beklimmingen van de dag. Nadat Roglic zijn werk als bliksemafleider had gedaan, maakte Vingegaard het klusje vakkundig af.
Lees het artikel op de mobiele website