Pascal Eenkhoorn beleefde naar eigen zeggen een 'ontzettend saaie' dag in de Giro d'Italia. Tijdens de zesde etappe lag het tempo ontzettend laag en was het geen overbodige luxe om de laatste vijf kilometer in te schakelen. Toch fleurde de Nederlander aan het begin van de koers de wedstrijd nog een beetje op, door met Bauke Mollema weg te rijden.
'Het was ontzettend saai. Ik had de eerste vier uur een hartslag van honderd gemiddeld en trapte 150 watt. Dus dat was niet zoveel bijzonders', zo laat Eenkhoorn na afloop voor de microfoon van Eurosport weten. De renner van Jumbo-Visma vond het zelfs zo saai, dat hij met Mollema nog een geintje uithaalde. De twee reden even weg uit het peloton, maar serieus werd hun aanval nooit. 'Je ziet wel eens dat die Belgen dat doen in zo'n etappe, dus wij zeiden: "Zullen we dat nu als Nederlanders eens doen?".'
Na afloop laat Eenkhoorn weten dat hij Mathieu van der Poel ook bijna zover had om mee te gaan in de vlucht. 'Mathieu wilde eerst ook mee, maar uiteindelijk durfde hij het niet aan. Het duurde zo lang voordat er iemand wegreed, dus we gingen een beetje gein maken onderweg.' Eenkhoorn finishte de door Anraud Démare gewonnen etappe uiteindelijk als 121e, Mollema als 130e en Van der Poel als 100e. Voor de drie Nederlanders liggen de doelen vermoedelijk de aankomende dagen, wanneer het wegdek meer omhooggaat.
Vrijdag wordt de Giro vervolgd met de eerste zware bergrit van deze ronde. In totaal moeten er meer dan 4000 hoogtemeters worden overwonnen, wat wel eens voor de nodige verschillen in het klassement kan gaan zorgen. Zaterdag staat er een etappe op het programma die meer lijkt weggelegd voor Van der Poel, maar misschien dat Mollema op deze dagen ook wel snode plannen heeft.
Lees het artikel op de mobiele website