Het offseason is bezig en dan zien we traditioneel heel wat wielrenners de loopschoenen aantrekken. Er is echter altijd sprake van baas boven baas, waarbij we die titel voor dit jaar aan de in 2024 gestopte Australiër James Whelan kunnen toeschrijven. Hij liep een knaltijd op de halve marathon in het Spaanse Valencia.
In Nederland ging het recent veel over de marathon van Tom Dumoulin, de in Amsterdam uiteindelijk de 42,195 kilometer binnen de 2.30 uur wist te lopen. Ook Mathieu van der Poel en Wout van Aert tonen op Instagram en Strava dat ze aardig wat kilometers afhaspelen op de loopschoenen, waarbij toch ook stevige tijden worden gehaald.
Vergeleken met Whelan is het echter nog spielerei. De 29-jarige Aussie stopte aan het eind van 2024 met professioneel wielrennen, na drie seizoenen bij EF Education-EasyPost en een laatste jaar bij Q36.5. In Europa kennen we hem vooral van het winnen van de Ronde van Vlaanderen voor beloften, in 2018.
Whelan loopt heel snelle halve marathon
Na zijn loopbaan trok hij de loopschoenen weer aan. 'Hij is dus pas een jaar weer aan het lopen, maar hij liep nu al wel 1.01 op de halve marathon van Valencia. Dat is een snelheid van 2.54 minuut per kilometer. Ik kan bijna niet omschrijven hoe snel dat is', laat zijn coach weten op social media. Whelan eindigde met die tijd als 22e.
'James heeft gelopen toen hij jonger was, tot zijn twintigste. Maar hij kreeg veel te maken met blessures en besloot zich op het wielrennen te richten. Hij heeft een mooie loopbaan achter de rug met onder meer het rijden van de Giro, waardoor hij acht jaar lang niet langer dan één keer per week heeft gelopen. Dat hij nu alweer 1.01 loopt op de halve marathon, is insane. En er zit nog heel veel potentie is.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties