Bondscoach puzzelt: 'Kunnen drie gelijkwaardige teams van vier afvaardigen'

Loes Gunnewijk beseft dat ze dit jaar misschien wel de moeilijkste beslissing van haar carrière als bondscoach moet nemen. De coach van de Nederlandse wielrendames mag maar vier tickets uitdelen voor de Olympische Spelen in Tokio, dus dat wordt een gevecht.

'Er zal een sterk blok staan, waardoor we als team voor het hoogst haalbare gaan. Van dit viertal rijden twee rensters ook de individuele tijdrit. En uiteraard wegen voor twee van de rensters ook de tijdritkwaliteiten mee', zo begint Gunnewijk over haar criteria op de website van de KNWU. 'Voor ons wordt het een puzzel waarbij we de resultaten van dit voorjaar en uit het verleden wegen. Het is ook een bewijs dat we met de selectie de afgelopen jaren goed werk hebben geleverd.'

In Tokio ligt een uitdagend parcours te wachten, maar deze is ook weer niet zo zwaar dat alleen de klimspecialisten het aankunnen. Er is dus een grote vijver om uit te vissen. 'We hebben in Nederland natuurlijk supersterke vrouwen in koers en dat is een luxepositie. Dat maakt de keuze tegelijkertijd ook lastig. We kunnen wel drie gelijkwaardige teams van vier afvaardigen die allemaal meedoen om de medailles.'

Gunnewijk: 'Het helpt natuurlijk wel als je sterk presteert'

Gunnewijk heeft naar eigen zeggen zestien rensters om uit te kiezen. Iedere race kan doorslaggevend zijn. 'Het helpt natuurlijk wel als je sterk presteert in wedstrijden als de Ronde van Vlaanderen, de Strade Bianche, de Trofeo Binda, de Amstel Gold Race, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Het is altijd goed om daar te bevestigen dat je tot de mondiale top behoort op dat terrein. In Tokio wacht ons een parcours met 2.600 hoogtemeters. (foto: Sirotti, 2019)