Van Vleuten betreurt koersloze periode: 'Noodgewdongen weer terug op hoogte'

Annemiek van Vleuten keerde na Strade Bianche weer terug op hoogtestage. De Nederlandse had graag verder gekoerst, maar vindt het jammer dat er de aankomende periode geen andere wedstrijden zijn waar ze bergop de strijd kan aangaan. Daardoor voelt ze zich gedwongen om weer terug op hoogtestage te gaan.

Van Vleuten maakte anderhalve week geleden haar debuut voor haar nieuwe team. Sinds 2021 rijdt ze voor het Spaanse Movistar, maar in de openingswedstrijden kon ze nog geen overwinning noteren. Waar ze vorig jaar juichend over de streep kwam in Omloop Het Nieuwsblad en Strade Bianche, moest ze dit keer genoegen nemen met een 21e en 4e plek. Toch kijkt ze tevreden terug op haar eerste wedstrijden, zo vertelt ze bij de podcast Kop over Kop. 'In Strade heb ik een hele mooie koers gereden, zelf en met het team. Je hebt wat tijd nodig om op elkaar ingespeeld te raken, maar ik zag al veel verbeteringen. Ik was blij dat ik zelf in de finale wat kon proberen en in de aanval kon gaan. Dat is hoe ik het liefste koers.'

Die goede vorm had ze graag doorgezet in andere wedstrijden. Die worden de aankomende periode alleen niet georganiseerd voor het vrouwenpeloton, iets wat Van Vleuten betreurt. 'Ik wilde nog wel meer wedstrijden rijden. Helaas gaat onze kalender nu alleen maar over vlakke koersen. Het zou mooi zijn als er de aankomende jaren wat bijkomt, voor rensters die bergop willen koersen. Nu moet ik noodgedwongen weer terug op hoogte, omdat er geen koers is voor ons. Het is niet dat ik denk dat ik weer terug moet op hoogte, maar voor mij levert trainen op hoogte nu meer op. Ik zou graag een Parijs-Nice of Tirreno-Adriatico in de toekomst ook voor vrouwen zien.'

'Van wielrennen word je voor de rest niet heel veel slimmer'

Voor de 38-jarige Van Vleuten is het nu wachten op de Ronde van Vlaanderen, die op 4 april wordt verreden. Die wedstrijd won ze al eens in 2011, al moet ze het de laatste jaren vooral doen met plekken in de top vijf. Tot de Ronde van Vlaanderen zal ze haar trainingsuren voornamelijk op hoogte maken, waar ze zichzelf af en toe flink uitwringt. 'Ik probeer nu het niveau te houden door af en toe bij de mannen aan te sluiten en zo lang mogelijk bij te blijven. Voor de rest zijn het een paar harde trainingen en veel op volume trainen.'

Voorlopig doet de wereldkampioene van 2019 dat dus bij haar nieuwe team, het Spaanse 'Movistar'. Tot nu toe is ze niet alleen blij met de overstap op het fysieke vlak, maar ook op andere onderdelen. 'De taal is soms ellendig, best wel heel veel Spaans. Dat is ook juist één van de redenen waarom ik ben gegaan, om bij te leren van een andere cultuur en een andere taal. Van wielrennen word je voor de rest niet heel veel slimmer of uitgedaagd', aldus van Vleuten .