Na een zesde plaats in de eerste massasprint van de Tour de France deed Mark Cavendish het in de vierde etappe een plekje beter met plaats vijf. Na afloop stond de Britse sprinter echter vooral stil bij de finale op het autocircuit van Nogaro. Hij noemt het een 'bloedbad.'
Cavendish neemt nooit een blad voor de mond, en schuwt een hectische finale zeker niet. Toch was de slotfase in de vierde rit er één die zelfs hij tumultueus vond. 'Dat was een bloedbad. Elk team had een plan voor die finale en ik durf te wedden dat er niet één goed ging, behalve dat Jumbo vooraan aan die smalle wegen begon', zegt de Manx Missile tegen Eurosport.
'Het was een echte mix van renners in de finale en ik was constant aan het analyseren wie er bij was en wie teamgenoten bij zich had', vervolgt Cavendish. 'Toen zag ik dat Mads Pedersen Jasper Stuyven bij zich had. Hij gaat de sprint meestal vroeg aan en er was een finish met tegenwind en lange rechte stukken op brede weg. Ik dacht dat ik daar gebruik van zou maken.'
Cavendish maakt zich vooral zorgen over Sánchez
'Maar ze gingen gewoon niet', zag Cavendish zijn beoogde plan in de soep lopen. 'Op 350 meter dacht ik misschien gewoon gaan nu, maar ik bleef wachten tot ze zouden gaan en dat deden ze niet. Uiteindelijk was het vooral een gevecht om de beste positie te krijgen', rondt Cavendish zijn analyse af. 'Ik maak me de meeste zorgen om Luis León Sánchez, ik denk dat hij is gevallen, dus ik ga kijken of het goed met hem gaat', bekommert de sprinter zich om zijn ploegmaat. Sánchez zou de etappe uiteindelijk binnen de tijdslimiet finishen.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties