Tadej Pogacar staat zondag voor zijn tweede deelname aan de Amstel Gold Race en geldt als de grote favoriet. Zijn debuut in de Nederlandse koers dateert van 2019, toen Mathieu van der Poel na een fenomenale inhaalrace de koers wist te winnen.
Hoewel Pogacar aan die editie deelnam, zag hij het slot van de koers via de televisie. En dat had een opvallende reden. ‘Ik had een natuurlijke pauze en moest stoppen’, onthult Pogacar in gesprek met de NOS. Zodoende kon de destijds 21-jarige Sloveen de prachtige finale volgen in de teambus van UAE Team Emirates. ‘Het was het waard om af te stappen en daardoor de laatste tien kilometer op tv te kunnen zien’, lacht Pogacar. ‘Die zege van Mathieu was een van mijn beste ervaringen als tv-kijker ooit.’
'Het is lastig en een lange koers. Onvoorspelbaar en leuk ook.'
Pogacar heeft nog weinig ervaring met koersen over Nederlandse wegen. Afgezien van zijn debuut in de Amstel reed hij in 2018 als belofte de Zeeuwse ZLM Tour. Voor de koers van zondag geldt Pogacar als de topfavoriet, zowel door de afwezigheid van Wout van Aert en Mathieu van der Poel, als zijn eigen topniveau, dat hij sinds zijn eerste koers van dit jaar etaleert. Zo won hij onder meer een kleine twee weken geleden voor het eerst de Ronde van Vlaanderen. In totaal heeft Pogacar dit seizoen al tien keer (inclusief eindklassementen) gewonnen.
Ondanks alle zeges blaast Pogacar niet hoog van de toren wat de Amstel Gold Race betreft. ‘We zullen zien hoe de koers zich ontvouwt. Ik hoop op goede benen. Ik verwacht een zware koers. We moeten als team sterk zijn, want het zal zwaar zijn om te kunnen winnen.’
Pogacar: 'Het zijn er ook zoveel'
Voor renners die niet zo bekend zijn met het Limburgse heuvellandschap is de Amstel vaak een lastige koers, niet zozeer vanwege de zwaarte van de heuvels, maar het constante draaien en keren. ‘Van 2019 weet ik nog dat het continu draaien en keren was, steeds op en af. Het is lastig en een lange koers. Onvoorspelbaar en leuk ook. Om te kunnen winnen moet je de hele dag in goede positie zitten en goede benen hebben op de steile klimmetjes’, aldus Pogacar.
Hoewel hij enige kennis heeft van het parcours, kent Pogacar de talloze hellingen nog niet uit zijn hoofd. ‘Ik ken de namen van die heuvels niet, het zijn er ook zoveel. De Keuterberg? Die hebben we vrijdag verkend ja. Supersteil. De Cauberg? De Bemelerberg? Ja die zijn we met de ploeg ook twee keer opgereden.’
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties