Column: Een polonaise voor de Sloveense Van der Poel als perfecte ode aan de wielersport Wielrennen
Wielrennen

Column: Een polonaise voor de Sloveense Van der Poel als perfecte ode aan de wielersport

Column: Een polonaise voor de Sloveense Van der Poel als perfecte ode aan de wielersport

Nationalisme is een rare eigenschap. Als iemand in hetzelfde land geboren is als jij, schept dat meteen een band. Op vakantie groet je Nederlanders als je langs ze loopt in een stad in Europa. Maar je houdt tien meter later je mond als er twee Spanjaarden voorbij komen. Op de Olympische Spelen sta je op de banken als een Nederlander naar goud roeit, zwemt of schiet, maar doe je misschien niet eens de televisie aan als een Amerikaan dezelfde prestatie levert. In de wielerwereld is dat normaal gesproken niet anders.

Dat ieder artikel met Mathieu van der Poel in de titel een keertje of tien beter gelezen wordt dan bij een random buitenlandse renner, valt al jaren op bij onze redactie. De hype rond Van der Poel is echt een bijzonder fascinerend fenomeen. Al jarenlang laat de kopman van Alpecin-Fenix ons van de ene in de andere verbazing vallen. Zijn prestaties zijn bizar; in het veld, op de weg én op de mountainbike. Hij is het gezicht van een nieuwe generatie, zoals Wout van Aert en Remco Evenepoel dat in België zijn.

Column: Een polonaise voor de Sloveense Van der Poel als perfecte ode aan de wielersport
Van der Poel en Van Aert: nationale iconen van Nederland en België

Gepeperde uitspraak Evenepoel is niet gaaf, maar arrogant

Dat komt omdat deze gasten er anders in staan dan de mannen van gisteren. Van der Poel is meer dan ooit een liefhebber, iemand die het liefst alle wedstrijden rijdt. Hij is altijd eerlijk voor de camera, hij rijdt met z'n borst vooruit en koerst op een manier die we nog nooit hebben gezien. Van der Poel viel al zo vaak van ver aan, dat je het liefst vanaf de start de televisie aandoet, want je weet het maar nooit. De bevestiging komt iedere keer weer, zelfs in de Tour de France zette hij de boel op stelten. Hij is nu al een icoon voor de wielersport en daarmee ook voor Nederland. We mogen met recht trots zijn op zo'n sportman.

Het gekke is echter dat er dus niet één, maar misschien wel vijf of zes renners zijn zoals Van der Poel. Van Aert won in de Tour een vlakke etappe, een bergetappe en een tijdrit. Ook al zo'n juweel. Hij heeft een Nederlandse vader en rijdt bij Jumbo-Visma, dus is zijn fanschare in Nederland best groot. Het respect voor Van Aert is enorm. Dat wordt al minder bij Evenepoel, die geen Nederlandse link heeft. Sterker nog: hij is een echte Belg, met het hart op de tong. Op social media merk je dat meteen. Een gepeperde uitspraak is plots niet gaaf of gewaagd, zoals bij Van der Poel, maar arrogant en dom. Als Evenepoel zegt dat hij in 2022 de gevestigde orde wil uitdagen, lachen de mensen hem uit. Als Van der Poel zegt dat hij morgen op Wimbledon meedoet, wordt hij op handen gedragen.

Het is een bijzonder contrast, met een nationalistische ondertoon. Primoz Roglic is werknemer bij Jumbo-Visma en dus klappen we onze handen stuk als hij weer eens iedereen de blubber puncht op een steile aankomst. Gelukkig kunnen dezelfde mensen hun schouders ophalen als Roglic er een keer doorheen zakt, het is per slot van rekening maar een Sloveen. Julian Alaphilippe? Leuk, maar niet leuk als hij het ten koste doet van Van der Poel. Of Tom Pidcock dan. Die werd volgens sommigen toch alleen maar Olympisch kampioen omdat Mathieu een plankje had bedacht op een plek waar geen plankje lag?

Column: Een polonaise voor de Sloveense Van der Poel als perfecte ode aan de wielersport
Remco Evenepoel

Van der Poel is de Nederlandse Pogacar en Pogacar de Sloveense Van der Poel

Het nationalisme gaat soms ver, helemaal in een land waar we ieder nationaal feestje aangrijpen om ons in oranje uit te dossen. Dan kan een onschuldige tegenstander soms aarstvijand nummer één worden. Gelukkig toont wielerliefhebbend Nederland aan dat het niet altijd zo hoeft te gaan. Het gaat misschien iets te ver om het te vergelijken met Spanje, waar Andres Iniesta als voetballer van FC Barcelona jarenlang als held werd onthaald in de Spaanse stadions vanwege zijn winnende WK-goal in 2010, ook in het stadion van Real Madrid. Voor zulke dingen zijn we misschien iets te nationalistisch, of laten we het nuchter noemen. Er is echter wel sprake van een serieuze ommekeer als het gaat om de nieuwe superheld van het wielrennen: Tadej Pogacar.

In het begin was de jonge Sloveen bijster interessant, toen hij in de Vuelta van 2019 de elite aanviel en in zijn debuutjaar al meerdere overwinningen boekte. Dat sloeg om toen hij in 2020 met een magische tijdrit de Tour de France won. Je kon geen bericht openen, of er stond een wervelstorm van reacties onder. Er werd de dopingkaart getrokken of er werd gewezen naar het stinkende geld uit de Emiraten. Dat Tom Dumoulin hem in een docu van Jumbo-Visma een 'mijnwerker op de fiets' noemde en Roglic in diezelfde productie openlijk twijfelde aan de prestaties van zijn landgenoot, gooide alleen maar olie op het vuur.

In een land waarin de spanningen door het coronavirus en alle andere chaos hoger zijn dan ooit, is het fijn om te zien dat er rond Pogacar een omslag heeft plaatsgevonden. Eigenlijk best logisch, want als Pogacar een Nederlands vlaggetje achter zijn naam had gehad, was hij in alles een sporticoon voor in de geschiedenisboeken. Buiten het feit dat hij net zo aanvallend en soms wat naïef koerst als Van der Poel, zijn ze naast de fiets in alles een liefhebber. Pogacar koos rond de parcourspresentatie van de Tour de France niet voor een luxe dag op een jacht. Nee, hij verkende Parijs met een huurstep. Toen hij eerder dit jaar in Italië een dag vrijaf had, stond hij naast de weg zijn verloofde toe te juichen in de Trofeo Binda.

Ik zeg niet dat Nederland de polonaise loopt als Pogacar weer eens een wedstrijd heeft gewonnen, maar ergens hoop ik er in de toekomst wel op. Het zou de perfecte ode zijn aan de wielersport van dit moment. Want wie van Van der Poel houdt, kan Pogacar niet langer beschuldigen en kleineren. Van der Poel is in feite de Nederlandse Pogacar en Pogacar is op zijn beurt de Sloveense Van der Poel: iconen van de sport, twee wonder-atleten waarvoor je iedere koers op het puntje van je stoel gaat zitten en bovendien twee gasten die elkaar juist heel erg waarderen omdat ze stiekem bijzonder veel op elkaar lijken. Laten we er om die reden nog jaren van genieten, ook als Pogacar onverhoopt een keer zijn Nederlandse tweelingbroer uit het wiel kletst.

Bram van der Ploeg (Twitter: @BvdPloegg | e-mail: b.vanderploeg@indeleiderstrui.nl)

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties

Meer nieuws