Als Tadej Pogacar na afloop van de zeventiende etappe van de Tour de France één iemand mag bedanken, dan is het Brandon McNulty wel. De Amerikaanse meesterknecht reed bijna dertig kilometer op kop voor de Sloveen, tot aan de laatste vijfhonderd meter.
McNulty en ook Mikkel Bjerg leefden helemaal op in de rit naar Peyragudes, na een tamelijk anonieme Tour. Bjerg reduceerde het peloton tot twintig man, waarna McNulty de kop nam en enkel Pogacar en gele trui Jonas Vingegaard overbleven. McNulty reed de laatste twee beklimmingen zo hard dat de twee tenoren niet eens aan aanvallen dachten.
'Het plan was om 15 minuten vol gas te rijden', gaf McNulty, die de prijs van de strijdlust kreeg, na afloop aan. 'Maar toen ik aan het rijden was, hoorde ik via de radio dat steeds meer renners moeten passen door mijn tempo. Uiteindelijk reed ik veel langer aan kop dan ik had verwacht. Het was een grote inspanning, maar het ging goed en ik ben blij.'
McNulty had even hoop op ritzege
'Het betekendedat we voor de eerste keer in deze Tour de France de koers bergop in handen hadden', gaat de jonge Amerikaan verder. 'Het was heel speciaal. Met nog vijf kilometer te gaan had ik zelfs het idee dat Jonas en Tadej aardig voor me zouden zijn en mij de zege zouden gunnen... maar toen realiseerde ik me dat cadeautjes in deze sport niet bestaan.'
'Al bij al was het heel mooi om deze prestatie te leveren en het rode rugnummer te krijgen. We hebben met veel grinta gereden. Dat was op emotie, voor de jongens die er niet bij waren', doelt hij op Rafal Majka, Marc Soler, George Bennett en Vegard Stake Laengen. 'Er was geen geheim plan: we wilden de koers hard maken en het geeft ons meer energie richting de etappe van donderdag', kijkt McNulty alvast vooruit naar Hautacam.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties