'Op zijn leeftijd misschien zelfs sterker dan Pogacar': heel Frankrijk looft Seixas, maar onvermijdelijke vraag doemt ook op

Je hebt indruk maken in je debuutjaar en dan heb je nog debuteren in de WorldTour zoals Paul Seixas dat dit jaar deed. De net negentienjarige Fransman maakt het hele jaar al indruk en bekroonde dat met een bronzen medaille op het EK. Vanuit Frankrijk klinkt er waanzinnig veel lof, maar ook de onvermijdelijke vraag wordt ook gesteld: wel of geen Tour de France in 2026? De Franse wielericonen spreken zich uit.

Een debuutjaar bij de profs als die van Seixas: heel wat renners zullen er van gedroomd hebben. Winnen deed hij in de Tour of the Alps tot drie keer toe bijna, waarbij hij in de slotrit de zege cadeau deed aan ploegmaat Nicolas Prodhomme. De benen bleken uitstekend, het karakter en de mentaliteit minstens zo goed.

Terug naar eigen land, waar hij in het vroege voorjaar al knap vijfde werd in de GP La Marseillaise en ook al tweede was geworden in Parijs-Camembert. In juni kwam daar een indrukwekkend achtste plek in het eindklassement van de Dauphiné bij, waarna hij tweemaal top-10 reed in de Franse kampioenschappen bij de elite.

Langzaam gingen de ogen van Seixas richting het najaar, wat begon met de eindzege in de Tour de l'Avenir, de meest prestigieuze wedstrijd voor beloften. Het WK in Rwanda bij de elite volgde. Daar werd hij zestiende in de tijdrit en dertiende in de wegrit. In eigen land kwam tot slot het hoogtepunt, met een derde plek op het EK, achter Tadej Pogacar en Remco Evenepoel. Zaterdag wacht als toetje nog de Ronde van Lombardije.

Lees verder onder de foto!

Franse wielericonen loven Seixas: 'Er is iets in hem dat veel optimisme voor de toekomst wekt'

'Er is maar één ding te zeggen: petje af, ja echt petje af', concludeert Frans wielericoon Bernard Hinault dan ook in gesprek met l'Équipe. 'Wie zou dat anders zeggen over een negentienjarige?' Bernard Thévenet, tweevoudig Tourwinnaar en tevens ook Frans wielericoon, kan zich daar wel in vinden. 'Het is lang geleden dat we een renner met dit potentieel hebben gehad.'

'Nu kunnen we het potentieel van een jonge renner detecteren dankzij tests die al heel vroeg zijn uitgevoerd, en zijn tests tonen iets enorms aan. Ik denk niet dat we dat sinds Hinault hebben gezien', concludeert Thévenet. De naam van Seixas wordt dan ook veelvuldig geopperd als opvolger van Hinault, die in 1985 als laatste Fransman de Tour won.

Voor Thévenet was de prestatie op het EK tekenend. 'Sommigen zeggen dat het alleen het EK is, oké, maar Pogacar en Evenepoel waren er. Hij is degene die op het podium eindigde, terwijl er achter hen nog steeds een paar sterke jongens staan.' Dat betekent veel volgens Hinault. 'Je kunt niet toevallig zo goed presteren op dit niveau, er is iets in hem dat veel optimisme voor de toekomst wekt.'

Publiekslieveling Thibaut Pinot is eveneens onder de indruk van Seixas. 'Voor mij hebben we zo'n fenomeen niet meer gezien sinds Pogacar en Evenepoel. Hij is op zijn leeftijd misschien zelfs sterker dan Pogacar. Die werd in zijn eerste seizoen derde in de Vuelta en won drie etappes, maar hij was ook twee jaar ouder dan Seixas.'

Lees verder onder de foto!

Onvermijdelijke vraag doemt op: wel of geen Tour in 2026 voor Seixas? 'Als ik hem was, zou ik passen', aldus Hinault

Op nu negentienjarige leeftijd is het nog maar de vraag hoe het nu verder moet. Moet Seixas zich bijvoorbeeld in 2026 al aan de Tour wagen? Wordt de druk dan niet te groot? 'We kunnen zijn prestaties alleen maar bewonderen. We staan ​​zeker voor een werkelijk uniek fenomeen. Hij lijkt sterk genoeg om dat te kunnen hebben. Van alles wat ik hoor, heeft hij een zorgeloze houding en vooral benen waarmee hij heel ver zal komen', vindt Romain Bardet.

'Alleen hij weet of hij het echt wil of niet', kijkt Hinault naar een Tourdeelname. 'Ik hoop dat hij ook het recht heeft om zijn mening te geven, want het gaat hem in de eerste plaats aan. Zouden we niet beter met de Giro of de Vuelta kunnen beginnen', oppert de laatste Franse Tourwinnaar alternatieven.

'Dat hij zegt: 'Hé, ik zie wel hoe ik presteer met een paar echt goede renners', in plaats van direct aan te vallen met de Tour de France, waar hij onvermijdelijk Pogacar tegenkomt? Als ik hem was, zou ik passen voor 2026 om mijn tanden te zetten in tegenstanders die meer binnen mijn bereik liggen', aldus Hinault.

Lees verder onder de foto!

Pinot ziet ander groot gevaar: 'Na onze generatie was er een periode van rust'

Pinot denkt dat zijn ploeg dat anders zal zien. 'Ik denk dat ze hem volgend jaar, in de Tour de France, snel in het diepe zullen gooien. Als hij de beste van het team is, waarom zou hij dan niet gaan? Nu is er niet veel risico op een burn-out. Er zijn zoveel gegevens over slaap, voeding, training... We zien de tekenen van vermoeidheid meteen, dus ze zullen hem niet uitputten', aldus de ex-renner.

'Waarom zouden ze hem eigenlijk tegenhouden?', vraagt Pinot zich hardop af. 'Bovendien is de Tour de France fysiek niet de zwaarste. Als ze hem willen uitputten, zijn er andere manieren. Daarna zal hij zeker in de media worden ontmaskerd, en dan is het vooral aan de ploeg om hem te beschermen. Hij hoeft zich daar geen zorgen over te maken.'

Want vooral de media-aandacht is volgens Pinot een risico. 'Vooral omdat er na onze generatie, die van 1990-1992, met name Bardet, een periode van rust was in de renners die in het algemeen klassement meededen. Dus, tien jaar later steekt hij weer de kop op en zijn alle ogen op hem gericht . Er zijn niet veel mensen meer over, wat de verwachting onvermijdelijk doet stijgen.'