De tijdritten zitten er inmiddels op in Rwanda en dus kan de focus op de wegritten, die van donderdag tot en met zondag gepland staan. Welke conclusies konden de deelnemers aan de individuele beproevingen al trekken en wat werd er zoal opgestoken wat van belang is voor de races-in-lijn?
Het WK in Kigali, de eerste van zijn soort op het continent Afrika, mag wel als het meest unieke in twintig jaar worden bestempeld. In 1995 trok men namelijk naar Duitama, gelegen in de Andes. Dat WK in Colombia werd verreden op een hoogte van 2500 (!) meter, met uitschieters naar om en nabij de 3000 meter.
Abraham Olano won die dag, voor Miguel Indurain en Marco Pantani. In totaal finishten er slechts twintig renners, waarvan de laatste twee al op bijna 38 minuten arriveerden. De Nederlanders - met Michael Boogerd, Erik Breukink, Erik Dekker en Frans Maassen - en Belgen - onder meer Kurt Van de Wouwer en Nico Mattan - finishten collectief niet.
Toch was er op dat WK - dat in de door drugs geteisterde regio's van Colombia werd verreden - ook Nederlands succes: Danny Nelissen won tot ieders verbazing bij de amateurs en sprak later over het knotsgekke kampioenschap. 'Als je nu Narcos kijkt op Netflix, zo was het gewoon. Je kon gewoon het hotel niet uit zonder een militaire begeleider. Met een geweer op zijn rug en een brommer.'
Lees verder onder de foto!
Hitte, luchtkwaliteit, hoogte en zonkracht in Rwanda
Goed, zo gek wordt het in Kigali niet. De hoofdstad van Rwanda ligt op 1500 meter hoogte en het WK-parcours - voor mannen - kent met de Mount Kigali een uitschieter naar 1800 meter boven zeeniveau. Wat wel bijkomende factoren zijn: de door het vele verkeer relatief slechte luchtkwaliteit, redelijk beklemmende hitte bij 27 graden Celsius en bij de heren ook de krachtige UV-index: die tikt zondag rond de middag 10 aan, terwijl de hoogst gemeten UVI ooit in Nederland beneden de 9 ligt.
Ondergetekende voelt het ook tijdens zijn hardlooprondjes in Kigali: de hartslag schiet vanuit het vertrek direct omhoog en is een stuk moeilijker te reguleren dan in ons platte kikkerlandje. Het is om die reden dat Anna van der Breggen en Thymen Arensman nog vóór de tijdrit al besloten het louter op gevoel aan te pakken.
'Anna heeft zonder wattagemeter gereden, puur op RPM. Omdat het hier op 1500 meter is. Ze zei na afloop: dit wattage rijd ik normaal op training, maar we zitten nu op hoogte. Je hartslag blijft hoog. Ik reed tijdens de verkenning op de brommer achter Anna en ik kon haar hartslag zien: die was aardig hoog', vertelde bondscoach Laurens ten Dam ons. 'Absoluut. Ik zag net mijn wattages en voor een 50 minuten-inspanning scheelde het 50 tot 60 watt met normaal', stelde Arensman.
Lees verder onder de foto!
'Hoogte is hoogte, maar hier is minder zuurstof'
Remco Evenepoel deed zijn tijdrit ook op feeling. 'We hebben niet echt op de wattages willen vastpinnen. Je zit met de hoogte en warmte, waardoor je sowieso al wist dat je niet de wattages kon halen die je anders zou halen. Hoe groot dat verschil precies is? Daar hadden we wel een idee van, maar dat weet je nooit 100 procent zeker. Als je iemand op zijn gevoel laat rijden, zit je dichter bij de waarheid dan met de getallen', aldus trainer Koen Pelgrim.
Arensman woont zelf in Andorra, dat net als Kigali op 1500 meter boven zeeniveau ligt. 'Hoogte is hoogte, maar hier is minder zuurstof door de luchtkwaliteit. De dag voor de verkenning reed je hier echt in de smog. Dat is anders dan in Andorra, waar het meer in de bergen is. Maar goed, ook dat is voor iedereen hetzelfde', duidde hij de verschillen.
En dat kan volgens de Nederlander ook doorwegen op zondag. ' Als je één keer in het rood gaat, bekoop je dat zo erg. Ik denk dat het misschien wel een heel conservatief WK wordt, omdat je bijna niet in het rood kan rijden. Ik ben benieuwd, misschien past het ook juist wel bij mij', keek Arensman direct na zijn tijdrit al voorzichtig vooruit.
Lees verder onder de foto!
'Onzichtbare' muur op parcours in Kigali
Ten Dam vergelijkt het met zijn eerste ervaring op altitude. 'De eerste keer dat ik op hoogte koerste, was in Colorado. Wat je dan krijgt, is een soort nieuwelingenkoers. Je kan demarreren, maar niet verder. Je hebt één cartouche en daarna kom je zuurstof tekort, er zit een soort rem op. Alsof je met de zwaarste versnelling aan het rijden bent.'
Het iets wat we zondag heel veel opvingen en hoorden: een soort muur waar je onder volle inspanning tegen aan rijdt, die de renners en rensters meer angst lijkt in te boezemen dan pakweg de Muur van Kigali. 'Je moet echt met de handrem op rijden. Eenmaal je over je toeren gaat, is er geen weg meer terug', hoorden we één van de Belgen zeggen tegen de collega's uit Vlaanderen.
Ook Vollering, Paul Seixas, Isaac del Toro en zelfs Tadej Pogacar gaven te kennen dat de omstandigheden een rol speelden tijdens hun chrono. De korte periode die er was om te acclimatiseren kan evenwel een week later juist een voordeel blijken, na pakweg 10 dagen op Afrikaanse bodem. 'Die hoogte gaat daar ook wel een rol in spelen, maar het kan binnen een week ook zomaar helemaal anders zijn doordat renners wél hersteld zijn', duidde Pelgrim de vorm van de concurrent van Evenepoel op zondag.
Lees verder onder de foto!
Renners goed voorbereid in Rwanda
Het is in ieder geval duidelijk dat zo'n beetje alle deelnemers hun voorbereiding aangepast hebben op de te verwachten omstandigheden. Stages boven de 2000 meter zeeniveau, hoogtetenten en veel, héél veel hittetrainingen: zo dik bepakt op de rollen zitten en pakweg een uur zweten als een otter, om de kerntemperatuur maar zo hoog mogelijk te krijgen.
Tot slot: hoogte kan ook doorwerken op de darmen, zoals we in Nederland wel weten nadat Tom Dumoulin in de Giro van 2018 de berm indook. Ook in de Tour de France zijn er de nodige verhalen bekend van renners die in bergritten campers induiken om een grote boodschap te doen. Hoe moeten de coureurs zich daar op voorbereiden, wetende dat ze een bult aan snelle koolhydraten binnen moeten werken op een parcours van 268 kilometer met 5500 hoogtemeters?
Bondscoach en ultrarijder Ten Dam nuanceert de mogelijke invloed van de voedselinname bij deze omstandigheden. 'Misschien heb je iets meer koolhydraten nodig. Het is geen 2100 meter, dus ze hebben nog wel honger op 1500 meter. Boven de 2000 is dat soms wat minder, maar we houden het nu ook wel goed in de gaten. Jullie als pers zijn er na twee of drie dagen ook wel aan gewend, dus dat verwacht ik ook met de renners en rensters.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties