De 21e etappe in de Vuelta a España is uitgelopen op een groot drama. De slotrit begon met festiviteiten, maar toen de renners het circuit in Madrid binnen kwamen rijden, werd al snel duidelijk dat de Spaanse hoofdstad gebukt ging onder enorme demonstraties. Die waren pro-Palestina en pro-Israël, waarbij mensen de weg betraden en hekken vernielden. De renners werden zodoende gestopt.
De dag begon iets voor de klok van 17.00 uur op een manier, zoals we dat in vrijwel alle grote rondes zien: lachen, gieren, brullen, foto's maken en langzaam hobbelend richting de hoofdstad. Want in Madrid zou de koers moeten beginnen, met tien rondjes over een plaatselijk circuit. Dat rondje zou zwaar beveiligd worden door bijna 2.000 agenten om pro-Palestina-protesten te voorkomen.
Dat lukte niet, net zoals het de Vuelta-organisatie in drie weken vaker niet lukte om de boel veilig te houden. Demonstranten braken al vroeg de tent af in Madrid en toen de renners de Spaanse hoofdstad binnen reden, werden ze al snel staande gehouden door mensen met spandoeken. De renners kwamen tot stilstand en iedereen wist: het zit erop.
Het was een surreëel beeld, maar na dagenlange waarschuwingen ook niet volledig onverwacht. Demonstranten kwamen massaal het parcours op en renners werden zodoende de stad weer uitgeleid, nog voordat ze langs het podium in Madrid waren gereden. Van een huldiging voor de klassementswinnaars zou zondagavond ook geen sprake meer zijn, door het gebrek aan veiligheid.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties