Dylan Groenewegen is naar eigen zeggen weer terug op topniveau. De Nederlander won dit jaar zeven keer, waaronder een etappe in de Tour de France. Hij durft dan ook te dromen over meer, in gesprek met het magazine Fiets. Daarbij legt hij de lat hoog voor zichzelf, met op alle fronten ambities.
Nadat Groenewegen na zijn crash met Fabio Jakobsen in 2020 voor negen maanden werd geschorst, volgden daarna nog corona, een transfer van Jumbo-Visma naar Team BikeExchange-Jayco en de lange weg terug naar de top. Hij is wel weer aardig waar hij graag wil zijn. 'Ik durf nu wel te zeggen dat ik die bravoure van weleer weer heb om hier en daar een risico te nemen, dat hoort er als sprinter ook een beetje bij.'
En wie bravoure heeft (Groenewegen stelt niet voor niets respect te hebben voor iemand als Mark Cavendish), heeft ambities. Bij de Nederlander zijn ze eindeloos. 'Ik zou me wel een keer specifiek willen richten - met alle verkenningen en dergelijke erbij - op Milaan-Sanremo. Om dan met de perfecte voorbereiding te kijken hoever ik zou kunnen komen. Als het een keer allemaal meezit en een uitgedunde groep gaat sprinten voor de winst, dan hoop ik erbij te zijn.'
Daar blijft het echter niet bij. Groenewegen won in zijn carrière al vijf etappes in de Tour de France, maar reed naast de Tour slechts één keer een andere grote ronde. In 2021 - vlak na zijn schorsing - gaf hij vroegtijdig op in de Giro. 'Ik zou nog in alle grote ronden een rit willen winnen', zo klinkt het. 'Dat staat op mijn verlanglijstje, net als Gent-Wevelgem en het WK. De wereldtitel zou echt een ultieme prijs zijn. Maar goed: dan moet het parcours wel vlak zijn dat heb je niet in de hand.'
Lees het artikel op de mobiele website