Iedereen zag het aankomen, maar toch waren de beelden van etappe 21 in de Vuelta a España heel heftig. Er werden massale demonstraties verwacht en die kwamen er ook, met veel geweld en dus een onveilige situatie. De enorme politie-inzet kon niet voorkomen dat de renners nog voor het betreden van het centrum van Madrid moesten omdraaien richting het hotel.
Waarom de etappe werd gestaakt, was op basis van de beelden vrij duidelijk. Maar burgemeester van Madrid José Luis Martínez-Almeida liet bij Marca weten dat de situatie echt heel slecht was. 'Dit is één van de treurigste middagen die ik me in Madrid kan herinneren. Het geweld van de pacifisten heeft ervoor gezorgd dat we de renners moesten stoppen.'
En zo geschiedde. Want naast omgegooide hekken, mensen op het parcours en het feit dat er demonstranten voor Palestina én Israël aanwezig waren in Madrid, hoorde Almeida ook vervelende verhalen. 'Mensen hadden punaises bij zich, en glas. Ze zijn gewelddadig, aangemoedigd door uitspraken van anderen, bijvoorbeeld de Spaanse premier.'
De situatie escaleerde en gelukkig waren de renners op dat moment nog niet bij de grote mensenmassa gearriveerd. 'Ik had nooit gedacht dat deze etappe zou moeten worden gestaakt. We hadden zoiets verwacht, maar de mensen betraden de wegen van Madrid. Ik wil Javier Guillén (Vuelta-baas, red.), de Vuelta en alle veiligheidsdiensten bedanken voor wat ze hebben gedaan.'
Door de gevaarlijke situatie in Madrid werd besloten om naast de slotetappe ook de huldiging van de klassementswinnaars af te gelasten. Zo ging een toch al veelbesproken Vuelta als een nachtkaars uit. De organisatie kreeg drie weken lang te maken met protesten, die op dag 11 in Bilbao al leidden tot een staking. Bovendien werden meerdere etappes ingekort. Het was een wonder dat er 19 ritten finishten.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties