Sprinters hopen vurig op een spaarzaam kansje: 'Zal afhangen van grootte van de kopgroep'

De dertiende etappe van de Tour de France is met recht een overgangsetappe. Voor de start van de rit kon het nog alle kanten op: sprinten of toch een kopgroep? De rappe mannen van dienst hopen alvast op een kansje.

Caleb Ewan overleefde namens Lotto Soudal de twee Alpenetappes en zal als wens hebben dat dat vrijdag niet allemaal voor niets is geweest. 'Iedereen is moe na de Alpen, maar er zijn niet zoveel sprintkansen in deze Tour de France. We moeten de kansen die we krijgen dus grijpen. Voor vandaag hebben we dan ook een plan', zo vertelde de Australiër bij de Tourorganisatie. Bij de NOS spreekt Ewans ploeggenoot Brent Van Moer van 'afwachten'. 'Er zullen veel ploegen op een grote kopgroep hopen. Wij moeten meezitten, maar hebben Ewan achter de hand als het een massasprint wordt.'

Bij Wielerflits beraamt ook Jasper Philipsen al een plannetje, al zal hij daarvoor wel de steun nodig hebben van anderen. 'Vandaag is weer een mooie kans om toch ook gemotiveerd te zijn. Gelukkig zijn er ook nog een heel aantal renners die een sprint willen. Ik hoop op een redelijk rustige dag na de Alpen en aan het eind een mooie sprint. Dat is het ideale scenario, maar in de Tour is dat niet altijd het geval.'

Fabio Jakobsen is naar eigen zeggen 'licht vermoeid', maar heeft wel zin in een sprintje, mocht het zo ver komen. 'Ik verwacht een warme dag met flink veel aanvallen voor de ontsnapping. Ik denk dat er wel een paar ploegen de controle willen nemen voor een sprint. Het zal bijten zijn op de korte klimmetjes en ik hoop dat ik dan in de finale de benen heb om mee te doen. Een sprintkans? Een sprintkansje. Een kleine kans is echter ook een kans', vertelt ook hij bij de NOS.

Ook allrounders hinken op twee gedachten

Mads Pedersen is zo'n man die in beide gevallen een rol van betekenis zou kunnen spelen. De Deen van Trek-Segafredo kan sprinten, maar ook mee in de vlucht. 'We zullen een oogje in het zeil houden voor de vlucht. Als er tien man vertrekt, gaan ze het waarschijnlijk wel halen tot de finish. Maar als het er maar drie zijn, zullen we proberen te controleren voor een sprint.'

Dat zegt ook Magnus Cort Nielsen, de allrounder bij EF Education-EasyPost. 'De beste kans is om mee te zitten in een grote groep, maar in een klein groepje maak je weinig kans. Het zullen er minstens vijf of zes moeten zijn. Ik kan het ook proberen vanuit een uitgedund peloton, maar wie gaat er controleren? Misschien Jumbo-Visma voor Van Aert, maar zij hebben de focus op het geel.'