IDL Retro | Col de Peyresourde: met je ballen op de stang richting hoogtepunt IDL-producties
IDL-producties

IDL Retro | Col de Peyresourde: met je ballen op de stang richting hoogtepunt

IDL Retro | Col de Peyresourde: met je ballen op de stang richting hoogtepunt

De renners in de Tour de France doen zaterdagmiddag de Col de Peyresourde aan. Deze bergpas in de Pyreneeën is niet voor het eerst een splijtzwam in talrijke etappes van de grootste wielerronde. In deze editie van IDL Retro lichten we er dit keer niet één renner uit, maar zetten we de bergpas en de verhalen die renners erop maakten in het licht.

Ga er maar aan staan. Of er voor. Kijk dan eens in de verte. Naar de col van 1.569 meter hoog. Denk vooraf eens aan de betekenis van de naam. Peyresourde komt van het Latijnse Petra sordida, dat vrij vertaald ‘vuile rots’ betekent. Deze Franse bergpas, op de grens tussen de deelgebieden Haute-Garonne en Hautes-Pyrénées geldt niet als een absolute topper onder de bergen, zoals de Galibier, Alpe d’Huez of Mont Ventoux. Dat zijn de absolute bergtoppers. De Ajax, PSV en Feyenoord onder de cols. De Peyresourde is een subtopper die incidenteel beslissend is. Zoals FC Twente of AZ. Wanneer we deze berg moeten duiden in een programma dan is het niet de finale, maar een kwart- of halve finale. Dat idee.

Zo ligt de Col de Peyresourde als beklimming vaak als tussenstation ingeklemd in lange etappes. Zaterdag 5 september 2020 ligt dat wat ander. Maar in eerdere Tour de Frances gold de berg als steunpilaar in vele legendarische etappes. Echter nooit beslissend. Het is vaak een voorproefje voor de nog veel hogere andere Pyreneeëncols. Er nog zin in? Daar gaan we virtueel.

We zien een groene omgeving die de lengte van de klim, ongeveer 14,5 kilometer, dragelijk maakt. Met hoogteverschillen van 940 meter en een gemiddelde stijging van 6,5% lijkt het te doen. Maximale stijging: 9%. Toch verraderlijk. Of vuil, zoals de naam ook zegt. Geen verwilderde rotsachtige top, maar bomen, zoals bij de Col d’Aspin. Het slotstuk is pittig. Bij het passeren van het laatste dorpje (dag pannenkoeken en bier) komt het stijgingspercentage gemiddeld niet meer onder de 8%. Vlak onder de top liggen twee haarspelden. De kenmerkende Z. Vanaf ver te zien. Lonkend. Met het zuur al in je amateursbenen wil je erop af, een hele klus blijkt.

Contador knikkert Rasmussen er niet af op de Peyresourde

Een klus die profrenners in de Tour de France voor het eerst in 1910 moesten klaren. Winnaar toen: Octave Lapize. Als relatief ‘kleine berg’ werd De Peyresourde meer dan zestig keer in het Tourparcours opgenomen. We noemen een bekend gevecht op de berg in 2007. Een duel om het geel tussen Alberto Contador en Michael Rasmussen. Alberto Contador besloot een dag voor de rustdag in Pau de kale Deen eens flink te testen. In die Tour bleef het vier bergen vrede. Op deze berg viel de Spanjaard eindelijk aan. Maar steeds weer kaatst de kale knikker van de Boerenleenbank terug. Achtervolgers Cadel Evans, Levi Leipheimer en Andreas Klöden moesten afhaken toen Contador zijn gas open draaide. ‘Contador heeft echt de beste demarrage. Ik had het zwaar’, stamelde Rasmussen na afloop. Hij hield stand namens Rabobank, maar Parijs bleek te ver. Nadat bekend werd dat de Deen verkeerde informatie had opgegeven over zijn whereabouts was het einde koers voor hem.

Terug naar de berg. Terug naar 1951. Toen was het Fausto Coppi die als eerste boven kwam op de Peyresourde. Finishplaats was toen en heel vaak Bagnères-de-Luchon. In 1972 was dat ook. Toen stak Lucien Van Impe zijn kop als eerste boven de kop. Een jaar eerder deed hij dat ook op deze beroemde berg, alleen lag de finishlijn toen in Gourette-Eaux-Bonnes. Bernard Hinault kwam in 1979, 1981, 1986 als eerste boven. Landgenoot Steven Rooks in 1988. Richard Virenque in 1995.

Massi van de Franse Casino-ploeg rijdt richting kassa

In 1988 was er een Italiaan die het op een gegeven moment welletjes vond. De Franse Rodolfo Massi van de Franse ploeg Casino (genoemd naar de supermarktketen) was in de eerste bergrit op deze berg vandoor gegaan richting kassa. Wanneer Ullrich zich op de Peyresourde op kop zet met mannen als Boogerd, Escartin, Julich, Riis en Jiménez in het wiel, valt Marco Pantani aan. Het olifantje gaat alleen op zoek naar koploper Massi. Die daalt als een bezetene. Pantani wordt twee, maar schuift -met dank aan zijn demarrage op de col in het algemene klassement van plaats 47 naar 11.

IDL Retro | Col de Peyresourde: met je ballen op de stang richting hoogtepunt

De aanval van Rodolfo Massi (Foto: Sirotti)

In het overzicht mogen ook de koplopers op de berg Aleksandr Vinokoerov (2007) Thomas Voeckler (2012) en Thomas De Gendt (2013) niet ontbreken. Een mooi verhaal zien we in 2016. Chris Froome is hoofdpersoon. Eerst rekende de Sky-renner af met een Colombiaanse fan van Nairo Quintana. Die fan, gekleed in een geel shirt van de Colombiaanse voetbalploeg, trakteerde hij op een rake vuistslag. Moet je ook maar niet te dicht bij de groep der favorieten komen met je vlag. Die kwam bijna tussen de spaken van de Brit. De slag leverde een boete van 200 Zwitserse frank op. Peanuts bij de prestatie die Froome diezelfde etappe neerzette.

Froome, zittend op zijn stang, stuift de flanken af

Want dat de magere pias ballen heeft, zagen we toen. Waar Quintana bovenop de top nog een drankje aannam zette Froome zich met zijn ballen op de stang en sloeg toe in de afdaling. Hij bouwde in de afdaling van 15 kilometer met duizelingwekkende snelheden een aardige voorsprong op. Vliegend naar beneden door zittend op de stang door te trappen. Nog nooit vertoond in grote rondes. De wielerwereld sprak er laaiend over. Froome suisde van de Peyresourde af en geen enkele renner zag hem daarna terug. Solo kwam hij in Bagnères-de-Luchon over de streep.

Tim Wellens kwam vorig jaar als eerste boven, maar liet een dergelijke afdaling achterwege. Wie dit jaar de afdaling van de Col de Peyresourde het beste rijdt, heeft de etappe binnen. Dit keer ligt de bergtop op 11,5 kilometer voor de finish. Dichterbij dan ooit. Geschikt voor goede dalers in het peloton. Met een knikje op het eind wordt het een mooie ode aan deze opwindende berg. Want zeg zelf; de Col de Peyresourde is jarenlang een voorspel geweest van de Tour-climax. Ook na deze zaterdag in 2020 moeten de renners nog op voor het echte werk. Nota bene nog twee weken lang.

De Peyresourde beklimmen is plezierig voorspel

Maar niets is ook lekkerder dan goed voorspel. Het gaat om geven. De ander in de mood brengen. Opwarmen. Lekker maken met kunstjes. Liefkozen. Plagen met penetratie, maar uitstellen. Niet te snel. Calorieën sparen, langer volhouden. Aandacht schenken, maar de focus verleggen. Genieten van het moment. Niet routinematig afwerken, nee werken aan de ervaring. De beleving. Wat er toe doet is techniek, de wijze waarop, niet het resultaat. Lichaam of fiets beter leren kennen. Te ontdekken. Te stimuleren. Je werkt comfortabel toe naar iets moois later. Het maakt het (be)rijden comfortabel: een goed begin is toch het halve werk.

De Peyresourde beklimmen is plezierig voorspel. Uitkijken naar een later hoogtepunt. En ach, mocht er zaterdag rond 17:15 uur sprake zijn van een ejaculatio praecox dan is dat ook geen eeuwige zonde, maar juist een nieuwe voetnoot in het steeds dikker wordende wielerverhaal van deze berg. Want wielrenners zijn net mensen, die de magiek en vuile verleiding van hoge bergen soms schromelijk onderschatten.

Gerrit van Loon - email: g.vanloon@indeleiderstrui.nl

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties

Meer nieuws