In een uitgebreid interview met wielermagazine Vélo heeft Katrine Aalerud haar 'hoe ben ik prof geworden?'-verhaal uit de doeken gedaan. En dat dat verhaal van de nu 29-jarige dame uit Noorwegen ietsjes anders is dan dat van de gemiddelde coureur. Waar menig renner in spé door familie, vrienden of de televisie in aanraking komt met de wielersport, zorgden heftige (en soms uit de hand gelopen) feestjes in haar studententijd er (indirect) voor dat ze is begonnen met wielrennen.
Als kind en als tienermeisje was de Noorse vooral gecharmeerd van paarden. De enige fietstochten die ze destijds maakte, waren die richting de manage en weer terug. 'Ik had geen andere hobby's, dus ik begon te feesten en zorgde niet goed voor mijn lichaam', stelt ze vervolgens. 'Toen voelde ik me niet meer fit. Alleen al tijdens het lopen ademde ik zwaar. Toen ik aan paardrijden deed, ging ik met mijn fiets heen en weer naar stal. Eigenlijk had ik een racefiets gekocht omdat ik zo snel mogelijk naar stal wilde. Dus dat was de enige reden dat ik een fiets thuis had staan.'
Feestbeest Aalerud zat regelmatig met een kater op de fiets, maar kon wel ontzettend hard rijden
'Ik dacht: ik heb een fiets, dus waarom zou ik hem niet gebruiken?', vervolgt ze haar interessante relaas. 'Een keer was ik gewoon wat aan het fietsen en werd ik ingehaald door een groepje amateurs. Zij vertelden me dat ik lid moest worden van de club. Ik werd uiteindelijk lid. Er waren enkel mannen, maar het was best leuk. Ze gaven flink gas, alsof ze maar één versnelling hadden. Dat vond ik wel leuk. Destijds wist ik trouwens helemaal niet dat er zoiets bestond als vrouwelijk profwielrennen. Dat moesten mijn clubgenoten me vertellen.'
Aalerud had dus een nieuwe hobby, maar was nog altijd flink aan het feesten: omgaan met een kater was een dagtaak. 'Het was vooral op vrijdag en zaterdag feesten, terwijl onze groepsritten op zondag waren. 'Ik ging om vier uur naar bed, dus dat waren niet de beste trainingen die ik had. Ik was zo dood tijdens die ritten', blikt ze terug. Ondanks die katers reed de Scandinavische wel steeds beter. Op een zeker moment probeerden haar clubgenoten er zelfs voor te zorgen dat ze ging koersen. Toen een aantal Noren richting België trok voor een paar criteriums, ging ze mee. 'En ook omdat ze in België heerlijk bier hebben', aldus het feestbeest.
Van Vleuten bracht Aalerud het nodige bij op klimgebied
De dingen gingen vervolgens in een sneltreinvaart. Want Aalerud bleek stiekem toch ook een wielertalent. Het koersprestaties leverden haar steeds betere contracten én een plekje in de nationale selectie op. In 2020 wist ze het zelfs tot de WorldTour te schoppen en kwam ze bij Movistar terecht, de ploeg die een jaar later Annemiek van Vleuten inlijfde. 'Ik wilde in het begin sprintster worden. Ik was echter niet goed in de positionering bij een massasprint. Toch zei ik tegen m'n coach dat ik voor de spurts wilde gaan. Ik wilde dus ook niet afvallen. Maar ik was beter in mezelf langer pushen. Dat was mijn specialiteit. Niet de sprint. Toen ik naar de televisie keek en Alexander Kristoff of Thor Hushovd zag, dacht ik dat ik ook zo kon zijn. Maar nee dus.'
Op het gebied van klimmen kon Aalerud natuurlijk perfect samenwerken met Van Vleuten, die haar de nodige tips gaf. 'Het was echt leuk omdat ze een heel aardig persoon is. Het was echt een voordeel om haar in het team te hebben, want dan zie je hoe ze werkt om haar beste niveau te halen. Ik ben een beetje vreemd, maar misschien houdt Annemiek van vreemde mensen, We kunnen het goed met elkaar vinden en we hadden veel plezier tijdens het trainen. Ze is sterk. Ook al ben ik niet zo goed als Annemiek, we hebben wel gewoon plezier gemaakt samen.' Van Vleuten hing haar racefiets recentelijk aan de haak, terwijl Aalerud per 1 januari 2024 de kleuren van Uno-X zal vertegenwoordigen.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties