Critérium du Dauphiné maakt loodzwaar parcours bekend, sprinters komen niet aan hun trekken

De organisatie van Critérium du Dauphiné heeft het parcours voor de 75e editie uit de doeken gedaan. De renners die deelnemen aan de voorbereidingskoers op de Tour de France zullen een zwaar parcours voor de kiezen krijgen. Vorig jaar schreef Primoz Roglic de Dauphiné op zijn naam.

De achtdaagse rittenkoers begint op 4 juni met een etappe van en naar Chambon-sur-Lac. Onderweg wordt een lus afgewerkt. In de finale krijgen de renners driemaal te maken met de korte, zware Côte du Rocher de l'Aigle. Ook de tweede etappe kent een soortgelijk routekaartje, al is de finish dan licht oplopend in finishplaats La Chaise-Dieu. Etappe drie biedt nadien de enige kans voor de sprinters.

De Dauphiné wordt traditioneel doormidden gebroken met een tijdrit. Echte specialisten kunnen aan het werk op het glooiende parcours van 31,1 kilometer. De vijfde etappe kent wederom een punchy finale met achtereenvolgens de Côte d'Ivory (2,3 kilometer aan 5,9 procent) en de Côte de Thesy (3,6 kilometer aan 8,8 procent). De finish wacht na een korte afdaling.

Beslissing algemeen klassement valt in de Alpen

Daarna is het tijd voor het echte klimwerk. Aan het einde van de zesde etappe vindt de eerste aankomst bergop plaats. In de laatste dertig kilometer wachten twee cols van de derde categorie en eentje van de tweede categorie. De voorlaatste en laatste rit zijn nóg zwaarder. Etappe zeven voert over de Col de la Madeleine, de Col du Mollard en alsof het niet genoeg was finishen de renners op de Col de la Croix de Fer.

Zijn we er al? Nee. In de achtste etappe worden maar liefst zes (!) grote bergen aangedaan. Het is al lastig genoeg om de eerste vijf over te komen, maar de slotklim is pas echt bruut. De Montée de la Bastille is 1,8 kilometer aan maar liefst 14,2 (!) procent. Na acht zware dagen zal er met recht gesteld kunnen worden dat de winnaar van het algemeen klassement niks cadeau heeft gekregen.