Meerdere ploegen met huiswerk na Milaan-Sanremo en dit is waarom FDJ-renner Germani zich moest laten zakken uit vlucht

Met Milaan-Sanremo hebben alle WorldTour-ploegen het eerste monument van het jaar erop zitten. De meeste ploegen hadden een vooruitgeschoven man van voren, maar een aantal formaties misten de slag. De dag nadien volgde hun uitleg. Welke ploeg zit met huiswerk richting de Vlaamse klassiekers?

Ten eerste Groupama-FDJ. De Franse ploeg had met Lorenzo Germani een pion in de kopgroep, maar hij moest zich even later laten terugzakken naar het peloton. 'Lorenzo's missie was om bij de start controle te houden, voor het geval dat WorldTour-ploegen in de kopgroep zouden komen', legt ploegleider Yvon Caër uit op de ploegsite. 'Hij deed zijn werk goed en door een golf te volgen, bevond hij zich voorop. Het kostte ons vervolgens een tijdje voordat we de vluchtgroep konden inhalen om de balans op te maken. We waren uiteindelijk van mening dat hij nuttiger zou zijn bij zijn kopmannen in plaats van in de kopgroep. Hij had een heel specifieke taak aan het begin van de race en aan de kust en daarom gaf ik er de voorkeur aan dat hij zich moest laten terugzakken.

Uiteindelijk wist de Franse formatie te eindigen op plek vijftien, met de 21-jarige Nieuw-Zeelander Laurence Pithie. 'Ik zat in een goede positie op de Poggio, maar ik werd een beetje weggeduwd toen de tien besten vertrokken. Ik had toen helaas niet de benen om te volgen', aldus Pithie. Ploegleider Caër zag met Pithie goede voortekenen voor de toekomst. 'Dit is de eerste keer dat hij deze Poggio-inspanning in een racesituatie doet. Ik denk dat hij het potentieel heeft om het in de toekomst heel, heel goed te doen in Milaan-Sanremo.'

Op Cipressa was de koers voor aantal ploegen al gedaan 

Op de een-na-laatste beklimming, de Cipressa, gooide UAE Team Emirates zoals aangekondigd het tempo flink omhoog. Dat deed de das om bij vele renners. Daaronder onder meer de winnaar van 2016, Arnaud Démare. Bij zijn Franse ploeg Arkéa-B&B Hotels was vervolgens de hoop gevestigd op Vincenzo Albanese, die net als Démare het tempo ook niet kon volgen. 'Aan de top van de Poggio komt Vincenzo boven achter de favorieten. Hij sprintte voor plek dertien, maar werd gehinderd in de sprint. Hij strandde op plek 24. Hij had de benen om het beter te doen', aldus ploegleider Sébastien Hinault op de site.

Ook voor Corbin Strong, de eerste renner van Israel-Premier Tech op plek zeventien, was het tempo op de Cipressa te hoog. 'Ik had hele goede benen, maar helaas kon ik het tempo op de Cipressa en de Poggio niet echt volhouden. Ik had de benen om bij de tweede groep te blijven, maar net niet de positionering, dus dat weerhield mij ervan vandaag voor een topresultaat te gaan.'

Hetzelfde gold voor Kevin Vermaerke, de coureur van dsm firmenich-PostNL. 'Toen ik de Cipressa opdraaide, was het zoals gewoonlijk een gevecht. Ik begon eigenlijk in een niet al te slechte positie, maar toen de race echt openging, had ik vandaag gewoon niet de benen om de kopgroep te volgen. Het is een beetje teleurstellend dat de jongens zo goed reden om mij te steunen. Het was een lang raceblok voor mij en ik kijk uit naar wat rust nu. Ik denk dat het team trots kan zijn op hoe ze hebben gereden en ik wil alle jongens bedanken die vandaag met hart en ziel voor mij hebben gereden', besluit de Amerikaan in de race-analyse.